Overzicht van vindplaatsen
Hieronder staat een overzicht van alle vindplaatsen van de Swifterbantcultuur in Nederland en enkele in België en Duitsland, op alfabetische volgorde en verdeeld naar de drie Swifterbantfases. Onder het overzicht is meer informatie over een aantal locaties, waaronder filmpjes.
De Swifterbantsites liggen merendeels landinwaarts, in waterrijke gebieden. Sites aan de kust zijn volledig afwezig vanwege de erosie van het kustgebied, vooral in de huidige kustlijn. De overige, toenmalige kustlandschappen liggen onder dikke afzettingen en zijn daarom niet toegankelijk.

Vindplaatsen op alfabetische volgorde, verdeeld naar de drie Swifterbantfases

Kaarten met locaties van de diverse Swifterbantsites
Hardinxveld-Giessendam Polderweg, de Bruin en Brandwijk

De locaties ‘Polderweg’ en ‘De Bruin’ bij Hardinxveld-Giessendam zijn waarschijnlijk met elkaar verbonden en wederzijds aanvullend gebruikt door hun bewoners. Tegenwoordig wordt fase 1 gedateerd tussen 5430 en 5350 v.Chr., terwijl fase 2 tussen 5200 en 5070 v.Chr. wordt geplaatst. Zowel fasen 1 als 1/2 bevinden zich in ieder geval aan het einde van het Laat-Mesolithicum. Alleen fase 2 wordt gedateerd in de vroege fase van de Swifterbantcultuur. De culturele aanduiding is gebaseerd op de aanwezigheid van de karakteristieke vormen van aardewerk. Vanwege het ontbreken van botten van gedomesticeerde dieren of resten van gecultiveerde planten kan Polderweg worden geïnterpreteerd als ‘ceramisch Mesolithicum’. De snelle opeenvolging van de drie fasen wijst op een continue bewoning van het Rijn- en Maasbekken buiten het lössgebied die op beide donken lijkt te beginnen rond 5500 v. Christus. Vooral bij Polderweg is de eerste fase (fase 0), van ca. 5500 tot 5300 v. Chr. goed gedocumenteerd (zie ook het onderwerp ‘Nederland ten tijde van de Kongemose-cultuur’ op de pagina Jagers en verzamelaars in de Midden steentijd). Maar de belangrijkste bewoningsperiode voor deze donk is in fase 1, die loopt tot ongeveer 5100 v. Christus. Op dat moment lijken de activiteiten bij De Bruin nog vrij beperkt. Met betrekking tot de volgende bewoningsfases verloopt de fasering voor beide donken wat verschillend. Bij Polderweg is na de hoofdperiode nog een fase 1/2 en fase 2 te onderscheiden, respectievelijk gedateerd tot ca. 5100 en 5000 v. Christus. Deels gelijktijdig daarmee vond bij De Bruin de belangrijkste fase van bewoning plaats (fase 2), lopende vanaf ca. 5100 tot 4800 v. Christus. Een derde fase tot slot, tussen 4700 en 4450 v.Chr., kon enkel worden vastgesteld bij De Bruin. Binnen de toenmalige landschappelijke situatie kunnen deze donken worden gezien als droge plekken in het omringende moeraslandschap.

Vanaf ca. 5500 v. Chr. kwamen groepen jager-verzamelaars zich vestigen op de toppen van de duinen. Vanaf ca. 5000 v. Chr. waren dit de Swifterbanters. Zij bleven er wonen tot op het moment dat beide donken door de stijgende zeespiegel verdwenen onder veen- en kleiafzettingen. Voor Polderweg zou zich dat hebben voorgedaan rond 5000 v.Chr. omstreeks 4450 v. Christus. Er was dus sprake van een deels gelijktijdig maar vooral opeenvolgend gebruik van de beide donken, ongeveer 1 km. van elkaar verwijderd, door eenzelfde gemeenschap of groepen daarvan. Rekening houdend met de voornaamste bewoningfases van de sites, zou de bewoning van De Bruin in hoofdzaak een voortzetting zijn geweest van die bij Polderweg, op een moment dat deze laatste ten gevolge van de grondwaterstijging niet langer geschikt was voor bewoning. De donk Polderweg wordt door veel onderzoekers, ondanks de vroege periode, vanaf fase 1/2 als een Swifterbantsite aangemerkt, op basis van o.a. de soort vuursteen – en steenartefacten en het aanwezige aardewerk.

Gedurende het millennium dat Hardinxveld Polderweg en De Bruin werden gebruikt, veranderde het landschap van een omgeving met veel open water naar een moerasbos. Gedurende deze periode steeg het waterpeil met ongeveer 3,5 meter (of 35 cm. per eeuw) en de afstand van het vasteland nam in die tijd toe van 5 naar 11 kilometer. De veranderingen zullen intens zijn geweest en moeten op generatieniveau te merken zijn geweest.

Swifterbant
Het gebied rond Swifterbant werd vanaf het einde van de jaren 1960 archeologisch onderzocht en leverde een uitzonderlijk rijke verzameling archeologische-, zooarcheologische- en archeobotanische gegevens op.
De opgravingen bij Swifterbant hebben het verhaal over de overgang van het Mesolithicum naar het Neolithicum in Nederland volledig veranderd.
In de loop van de tijd veranderde het landschap in het Swifterbant-gebied aanzienlijk door de voortdurende zeespiegelstijging. Rond 4300 v.Chr. reikten zoetwatertij-geulen ver landinwaarts, waarbij zich langs de geul-oevers moerasgebieden ontwikkelden. Op de oeverwallen groeiden bossen die mogelijkheden boden voor menselijke bewoning. Vanuit deze nederzettingen konden de Swifterbanters de moerassen en bossen benutten voor visserij en jacht, terwijl ze op de oeverwallen gewassen verbouwden en vee hielden. Hoogstwaarschijnlijk werden deze nederzettingen slechts seizoensgebonden bewoond.
Rond 4000 v.Chr. werd het gebied rond Swifterbant te nat om in te wonen en vanaf ongeveer 3700 v.Chr. werd het uiteindelijk overstroomd. De Swifterbant-nederzettingen raakten bedekt en geconserveerd onder veen-, estuariene- en mariene kleilagen (estuariene kleiafzettingen zijn klei-afzettingen gevormd in een estuarium, een overgangsgebied waar een rivier uitmondt in zee en zoet- en zout water zich vermengen).

Schokland P14, Schokkerhaven E170/E171, Emmeloord J97 en Urk E4
De site P14 ligt bij Schokland in Flevoland. Het noordelijkste deel van Schokland ligt op een zandrug en vormde een zeldzaam groot en hoog landschapselement in de Noordoostpolder. Dit oppervlakte werd tijdens het Vroeg-Neolithicum uitgebreid met oeverwallen langs grote waterlopen zoals De Vecht. Het was een uitgestrekt landschap met zowel open velden als bos. De Vecht leverde een drinkwatervoorziening en bruikbare visgronden.


Almere Hoge vaart A27:
Museumschatten: Rijden over archeologische vindplaats – Peddels
Archeologie in Almere (vanaf 7:34 minuten)
Almere:
Archeologie in Almere Stichtse Kant
Archeologische opgraving Oosterwold in Almere
Ontwikkeling gebied Oosterwold 1
Swifterbant S2:
Archeologische vindplaats N23 Deel 1
Archeologische vindplaats N23 Deel 2
Archeologische vindplaats N23 Deel 3
Archeologische vindplaats N23 Deel 4
Archeologische vindplaats N23 Deel 5
Archeologische vindplaats N23 Deel 6
Archeologische vindplaats N23 Deel 7
Archeologische vindplaats N23 Deel 8
Archeologische vindplaats N23 Deel 9
Archeologische vindplaats N23 Deel 10
Archeologische vindplaats N23 Deel 11
Swifterbant S5:
Urk:
Terug naar ‘Leefomgeving‘.