Van kleine akker tot hightech polder

Hoe zouden de Swifterbanters, de eerste boeren van (o.a.) Flevoland, tegen het moderne Flevoland hebben aangekeken?

De Swifterbantcultuur bevond zich in een overgangsfase tussen het leven als jagers-verzamelaars en een boerenbestaan. Deze cultuur speelde een sleutelrol in de ontwikkeling van landbouw in wat nu Flevoland is, en markeert het begin van het georganiseerde gebruik van het land voor voedselproductie in de regio. Uitgerekend deze regio kenmerkt zich tegenwoordig door grootschalige landbouw.

De Swifterbanters, afkomstig uit een tijdperk waarin landbouw net begon te ontstaan en kleinschalig en lokaal was, zou de moderne landbouw in Flevoland als indrukwekkend, maar ook zeer verwarrend en misschien zelfs zorgwekkend ervaren. Hieronder is een aantal mogelijke reacties en perspectieven die zij zouden kunnen hebben.

Afb.224a Illustratie van een prehistorische nederzetting in Flevoland. Illustrator: Nils Raavé
Afb.218b Luchtfoto van een moderne nederzetting in Flevoland

1. Verbazing over schaal en efficiëntie

De enorme schaal van de landbouw in Flevoland vandaag de dag zou overweldigend kunnen zijn voor iemand uit de Swifterbantcultuur.

In hun tijd bestond landbouw uit kleine akkertjes dicht bij hun nederzettingen, terwijl de huidige landbouwbedrijven uitgestrekte velden van honderden hectaren kunnen beslaan. De efficiëntie en snelheid waarmee moderne machines de grond bewerken, zaaien en oogsten, zou ongetwijfeld indrukwekkend zijn geweest, vooral gezien het feit dat Swifterbanters alles met de hand of met eenvoudige gereedschappen deden. Het gebruik van tractoren, drones en satelliettechnologie om de teelt te optimaliseren, zou iets totaal onvoorstelbaars zijn voor iemand uit de prehistorie.

Afb.218c Luchtfoto van landbouwbedrijven in Flevoland

2. Verwondering over technologie en mechanisatie

Swifterbanters zouden gefascineerd zijn door de geavanceerde technologie die de moderne landbouw in Flevoland aandrijft. Van tractoren en oogstmachines tot het gebruik van drones voor precisielandbouw en irrigatiesystemen, de mate van mechanisatie zou onvoorstelbaar zijn. Voor hen zou het lijken alsof landbouw een bijna “magisch” proces is geworden waarin mensen nauwelijks meer fysiek betrokken zijn. Ze zouden zien hoe moderne boeren grote gebieden bewerken zonder of in ieder geval veel minder de directe fysieke arbeid te ervaren die in hun tijd een essentieel onderdeel van het boerenbestaan was.

3. Onbegrip over monoculturen en intensieve landbouw

De moderne praktijk van monoculturen, waarbij grote stukken land worden gebruikt voor het verbouwen van slechts één gewas, zou voor Swifterbanters waarschijnlijk onbegrijpelijk zijn. In hun tijd bestond landbouw uit een veel diverser en meer gemengd systeem van gewassen en dieren, die op kleinere schaal werden gehouden en afhankelijk waren van de natuurlijke omgeving.

Het idee dat een heel veld alleen aardappelen of tarwe zou bevatten, zonder diversiteit of afwisseling, zou voor hen vreemd overkomen. Ze zouden zich wellicht afvragen hoe de grond in staat is om voortdurend dezelfde gewassen te produceren zonder uitputting. Swifterbanters zouden het waarschijnlijk dan ook logisch vinden dat tegenwoordig meer gewasdiversiteit wordt geïntroduceerd binnen percelen ten behoeve van de biodiversiteit en de duurzaamheid van de plantaardige productie (zoals via strokenteelt).

Afb.218d Strokenteelt in Flevoland t.b.v. biodiversiteit

4. Zorg over milieu-impact

Hoewel de Swifterbanters niet dezelfde ecologische kennis hadden als wij vandaag, hadden ze mogelijk een diep gevoel voor de natuurlijke balans van hun omgeving. Ze leefden dicht bij de natuur en waren afhankelijk van de natuurlijke cycli van de seizoenen, het water en het land. De intensieve- en grootschalige landbouw van vandaag, met kunstmest, pesticiden en irrigatiesystemen, zou voor hen mogelijk zorgwekkend zijn. Ze zouden zich kunnen afvragen of de grond en het water op lange termijn gezond blijven, en hoe de impact op de natuur is. In hun wereld was landbouw kleinschalig en geïntegreerd in het omringende ecosysteem, terwijl moderne landbouw soms een meer industrieel karakter heeft.

5. Respect voor waterbeheer en inpoldering

Een van de indrukwekkende aspecten van moderne Flevolandse landbouw is het waterbeheer. De Swifterbanters leefden in een moerassig gebied, waar ze hun nederzettingen bouwden op hoge, droge plekken. Het idee dat een heel zeegebied drooggelegd zou kunnen worden om vruchtbare landbouwgrond te creëren, zou voor hen bijna onwerkelijk lijken. Ze zouden bewondering hebben voor de manier waarop moderne mensen het water beheersen om land te winnen voor voedselproductie.

Afb. 218e Aanleg van de Knardijk, Flevoland (1955-1957)

6. Onbegrip over de schaal van voedselproductie en globalisering

Swifterbanters zouden waarschijnlijk niet alleen onder de indruk zijn van de technologische vooruitgang, maar ook verbaasd zijn over de hoeveelheid voedsel die wordt geproduceerd voor mensen die ver weg wonen. In hun tijd was landbouw kleinschalig en bedoeld voor directe consumptie binnen (met name) de eigen gemeenschap. Het idee dat voedsel op industriële schaal wordt geproduceerd en naar andere delen van de wereld wordt geëxporteerd, zou moeilijk voor te stellen zijn. Voor hen was voedselproductie een lokale aangelegenheid, nauw verbonden met de seizoenen en de directe omgeving. De globalisering van voedsel zou een concept zijn dat moeilijk te bevatten is.

7. Gevoel van vervreemding van de natuur

De Swifterbanters leefden in nauwe verbinding met de natuur. Hun landbouwmethoden waren daarbij sterk afhankelijk van de natuurlijke omgeving. De moderne landbouw, met een grote rol voor kunstmest, chemische bestrijdingsmiddelen en technologische hulpmiddelen, zou voor hen waarschijnlijk vreemd en misschien zelfs vervreemdend aanvoelen. Waar zij een directe relatie hadden met het land, het weer en de natuurlijke hulpbronnen, lijkt de moderne landbouw soms meer op een gecontroleerd, technologisch proces dat ver verwijderd is van die directe verbinding met de natuur. Ze zouden zich kunnen afvragen of er nog een evenwicht bestaat tussen mens en natuur.

Conclusie

Voor Swifterbanters zou de moderne landbouw in Flevoland een mix van bewondering, verwarring en zorgen oproepen. De technologische vooruitgang en de schaal van de productie zouden indrukwekkend zijn, maar tegelijkertijd zouden ze zich vervreemd kunnen voelen van de intensieve- en soms onnatuurlijke manier waarop het land wordt gebruikt. Hun wereldbeeld, waarin landbouw een klein, lokaal en natuurlijk geïntegreerd onderdeel van het leven was, zou sterk contrasteren met de grootschalige, gemoderniseerde- en soms geïndustrialiseerde landbouw die Flevoland vandaag de dag kenmerkt.

Terug naar de pagina ‘Landbouw‘.